Foto l. boven: Op bijgaande schoolfoto staat Geert 6e van links.
Foto l. onder: De begrfenis van Wiltje Kroese.
Foto r. Boven: Het kruis op het graf van WiltjeKroese.
Foto r. Onder: Kroese, Wiltje, soldaat OVW van 3-1-9 regt. Infanterie rnr. 23.09.19.007 Geb. 19 september 1923 te Sexbierum overl. 5 november 1947 te Banjoemas Sexbierum, nr.328 ongehuwd,kantoorbediende, gereformeerd.

Tebek yn ‘e tiid no 78 november 2014

Vervolg bewoning van de “Toerstrjittewenten”

Voor dat we doorgaan met ”Tebek”no 78 gaan we eerst nog even tebek naar “Tebek” no 76. Hier schreven we over het gezin van Nies en Geiske Kroese met de kinderen Griet en Wiltje. Deze laatste kwam in Nederlands-Indië door een bermbom om het leven. Van Hein J Pols kreeg ik hierover meer informatie. U leest het in deze aflevering inclusief meerdere foto‘s.
Wiltjes moeder Geiske Broersma stierf toen hij nog jong was, zodat zijn vader Nies alleen voor de opvoeding van hem en zijn zuster Grietje kwam te staan. Dat bleek uiteindelijk een te zware last te zijn, ook al omdat het land van zijn “genierkerij” vrij ver van zijn woning lag. Daarom werd Griet later grootgebracht door haar grootouders,pake en beppe Haije en Griet Broersma, het kostersechtpaar van de Gereformeerde Kerk. Wiltje bleef thuis.
Wiltje kon goed leren. Na de School met de Bijbel in zijn geboorteplaats mocht hij naar de Christelijke Mulo in Franeker. Daar haalde hij het diploma. Hij besloot zijn vader op diens tuinderij te helpen en werkte ook wel bij andere gardeniers om zo over een extra zakcentje te beschikken. Tijdens de oorlogsjaren werd hij aangenomen bij de Coöperatieve Boerenleenbank in Sexbierum. Van begin 1944 af dook hij onder, dat wil zeggen dat hij overdag wel thuis of op zijn werk was, maar hij sliep in een hok ergens buiten het dorp.
Zo kwam hij de oorlog ongeschonden door. Wiltje Kroese was bepaald geen militair figuur, maar hij beschouwde het wel als zijn plicht om als oorlogsvrijwilliger naar Indië te gaan .Dat was in 1946. Op Java werd zijn slapie een joodse jongen wiens familie door de Duitsers was omgebracht. Die had weinig contact met de andere Nederlandse militairen maar Wiltje ontfermde zich over hem. Op 3 november 1947 werd een drietonner waarmee hij reed door een trekbom van de Indonesiërs opgeblazen. Vier Nederlandse militairen werden door de scherven gedood. Wiltje raakte gewond en werd geopereerd maar de verwondingen waren te ernstig. Op 5 november 1947 is hij overleden. De volgende dag werd hij begraven. Een tiental militairen uit onze dorpen waren hierbij aanwezig. Dominee van Urk van de Gereformeerde Kerk kwam naar de Torenstraat om het bericht over te brengen. Griet was op dat moment alleen thuis. De verslagenheid was groot.
Harke Hibma de zwager van Wiltje schrijft in zijn boek “Indië moet vrij”: de heit van Wiltje was op dat moment achter “Roosjenstein” de aardappels aan het afleveren.Toen hij de dominee aan zag komen had hij al een bang vermoeden want de vorige dag had hij in de krant gelezen dat er een aanslag op een militair voertuig was geweest in de omgeving waar zijn zoon gelegerd was. De foto’s spreken voor zich.
Tot zover eerst de familie Kroese.
Yde Baarda mailde me ook nog een aanvulling op “Tebek” 76. We schreven over de familie Tolsma dat Geert de tweede zoon, op de zeevaartschool was geweest en dus gevaren had. Yde schrijft dat Geert later aan de vaste wal tekenleraar was op de school die hij bezocht. Dat was de I.T.O. aan de Menno van Coehoornstraat in Leeuwarden. Toen die eind 1973 afbrandde werd de “Potmarge”school aan de Huizummerlaan betrokken. Later toen Yde bij schilder Johannes Terpstra in Minnertsga werkte was Geert directeur aan die school. Op bijgaande schoolfoto staat Geert zesde van links.

Een volgende keer gaan we verder met “Tebek” no 78.
Vriendelijk groetend
Harm Zaagsma.