Bij foto:
foto 1:
25 jarig bestaan van de Kaatsvereniging “Sexbierum-Pietersbierum.
Het bestuur: staande v.l.n.r: D.C. Banning, J. v.d. Mei, Hans Rienks, J. Brouwer.
Zittend v.l.n.r: D. Fennema, S. J. Hoekstra en K.D. v.d. Schaaf.
foto 2:
Tekening ± 1790 Alde Buorren Sexbierum.
Rechts – midden met voorportaal
En uithangbord: Herberg ,,de Zon” afgebroken augustus 1888.

Tebek yn'e tiid deel 32 augustus 2005

Nu de vakantie voor de meesten bijna is afgelopen, stijgen de temperaturen tot zomerse waarden en kan de kachel weer uit.
Mijn gedachten gaan dan ook even tebek naar de laatste 3 weken van juni, toen we met zwager en schoonzus in de Franse Dordogne met caravan en tent vertoefden.
Kamperen bij de boer, zonder televisie en krant , maar mét zomerse temperaturen.
Ons eerste kamp, iets ten zuiden van Bergerac, lag op een heuvel.
De caravan stond aan de rand van het "bosk" met uitzicht op het golvend "iepen fjild".
Eén met de natuur, want in de schemer fladderden en vlogen verschillende soorten vleermuizen en uilen geruisloos voor ons langs.
Overdag zagen we hagedissen die bij onraad in spleten en gaten verdwenen.
En onder de douche à la ferme kon je prachtige lichtgroene boomkikkers bewonderen, die met hun van zuignappen voorziene poten loodrecht tegen de muur of het raamkozijn opliepen.
Helemaal niks griezeligs aan.
Ook de prachtig bloeiende aronskelken die als” bollepysten” in de sloot groeiden waren een lust voor het oog.
Vanuit de schaduwrijke tuin, op de volgende boerencamping hadden we uitzicht op kruidenrijk grasland en enkele maisvelden, die wegens aanhoudende droogte regelmatig beregend werden.
Niet uit sloten, maar uit putten die in de poreuze, stenige grond waren geslagen.
Ook werd daar tabak verbouwd.
Een, in mijn ogen, prachtig beslag zwartbont vee liep bij deze boer in een heel grote “jister”, waarvan de helft van de oppervlakte bos was.
Iedere veehouder had bij ons vroeger ook een “ jister”.
Dat was een omheinde wachtruimte vlak bij de boerderij, waar gemolken kon worden, als het vee buiten liep.
Een loophek voor kinderen werd wel een "bernejister" genoemd.
Grote balen hooi werden in zware bouwstaalmatten ruiven gelegd, want er was geen gras te bekennen.
Tegen melkenstijd gingen de koeien naar een grote loopstal, waar ze ook nog met pulp en krachtvoer werden bijgevoerd.
De bolle liep gewoon los tussen de ± 50 koeien.
Zo leefde hij als een bolle in Frankrijk.
De Nederlandse toerist is in deze streek een welkome gast, want in winkels of op de markt werd enkele keren op het juiste moment "Dank u wel "of "Alstublieft" tegen ons gezegd.
Toen we in Bergerac op de kade liepen, omdat we een boottocht op de rivier de Dordogne wilden maken, gaf ik mijn ogen even niet goed de kost en maakte een lelijke val.
Maar volgens mijn reisgenoten gaf ik mijn ogen juist wel goed de kost, maar keek ik meer naar de “toetjes” dan naar het dagelijks brood.
Over de oorzaak van de val zullen we niet verder twisten, maar door de vochtophoping in mijn "knibbel" heb ik voor de zekerheid 2 dagen vanuit de bosrand boeken zitten te lezen.
Ik kon toen niet vermoeden dat juist in die tijd mijn naam in het MCL Zuid te Leeuwarden over de tafel zou gaan.
Sybren Dijkstra van Terschelling, de broer van taxichauffeur Jan Joris, ontmoette daar Auke van Tiede Swart en ze waren in gesprek geraakt over de stukjes uit Silhouet aangaande de gevolgen van de melkstaking van 1943, want daar had ik Sybren even een paar kopietjes van gestuurd.
Hij had mij daar immers informatie over gegeven.
Toen we begin juli thuis kwamen lag er bij de "ingekomen stukken" het prachtige kaatsboek van de jubilerende kaatsvereniging “De Twa Doarpen-DIOS”, waar Pieter Brandsma voor had gezorgd en een brief van Sybren Dijkstra met een bedankje en nog wat aanvullende informatie over "Drenthe".
Hij denkt dat het verhaal niet juist is dat de vrouwen van de opgepakte mannen de hele winter naar Drenthe gefietst hebben.
Want op vrijdagmiddag konden de betreffende gezinnen - en dat waren er nogal wat- de schone kleren en andere pakjes op het gemeentehuis brengen.
Zaterdags ging (NSB) burgemeester Okkinga met Jan Joris Dijkstra met de auto naar Drenthe om deze spullen af te geven.
De vuile was ging dan mee terug.
Durk van Jentje de Jong is ook opgepakt geweest en belandde met fiets en al in Drenthe.
Deze fiets is tijdens zo'n rit ook mee terug genomen.
Sybren vertelt verder nog een triest verhaal dat zich afspeelde in Wijnaldum.
Hoekstra, een jonge man, wordt tijdens een razzia opgepakt en naar Harlingen gebracht.
Zijn mem raakte helemaal overstuur, want een aantal jaren daarvoor had ze haar dochter ook al verloren: vermoord op het binnenpaed naar Hjerbeam.
(De vermoedelijke dader moest men vrijuit laten gaan.).
Vrouw Hoekstra wilde nog afscheid nemen van haar zoon en fietste naar Harlingen.
Daar werd haar verteld, dat hij al in Leeuwarden zat.
Toen ze daar aankwam, bleek dat haar zoon al in Drenthe zat.
De eerstvolgende zaterdag kon ze mee naar Drenthe en ze vond een plaatsje in de taxi tussen tientallen pakken en pakjes.
Bij het verblijf van haar zoon aangekomen, krijgt ze te horen, dat ze hem niet mag zien.
Jan Joris heeft uiteindelijk nog bemiddeld, zodat ze hem nog even mag ontmoeten.
Ook wordt door Sybren nog opgemerkt dat het koolzaad in 1943 niet vanaf de Terp stond, maar ongeveer vanaf wat nu de Boargemaster Dukerstrjitte is.
Het kaatsboek 1905-2005 met 200 bladzijden informatie en foto's is een werk van grote klasse.
Hier moeten honderden uren vrijwilligerswerk in zitten.
Het is een aanwinst voor de geschiedenis van onze dorpen.
"Kroeg" De Zon, waar men zich o.a. kon aan melden voor het kaatsen was een voornaam gebouw, compleet met een voorportaal en een uithangbord.
Herbergier was o.a. H. van Dijk.
Dit gebouw is in augustus 1888 afgebroken en moet ongeveer hebben gestaan waar Alde Buorren no. 13 is gebouwd. (naast de voormalige Hervormde pastorie).
Een tekening van de situatie van rond 1790 vindt u in deze aflevering.
Hier wil ik het deze keer maar bij laten.

Oant de oare kear,
Harm Zaagsma, 0517 -591337.