Buorren naar het oosten.

Vanaf het hoogste punt van de terp naar het oosten.
Met onze hoepels van velgen van een fiets renden we met grote snelheid van de terp af.
Het huis rechts was het loodgietersbedrijf van Dronrijp.
In de hoek woonde koster Statema. Van de Gereformeerde Kerk.
Elke dag kwam hij door de ‘steeg’ tussen ons huis en de kerk.
We hoorden hem lopen omdat hij niet regelmatig liep.
Hij maaide ons gras in de achtertuin met de zeis.
Ook in dat hoekje woonde een vrouw die ernstig ziek was. Zij schreeuwde het uit van de pijn.
Wij durfden daar niet goed meer langs te lopen.
Schoenmaker Leicht uit Franeker kwam ooit met zijn zeer gammel autootje vol schoenendozen de terp af.
Op het ‘plein’ rechts kwam hij abrupt tot stilstand: de bodem die met ijzerdraad was vastgemaakt viel er onderuit.
De auto kwam tot stilstand en bleek een spoor van schoenen en dozen achtergelaten te hebben.
Na twee huisjes de bakkerij van Strikwerda.
In de verte de herberg en het huis van Haitsma.