Lytse Buorren.

Rechts de winkel en bakkerij van Norder.
Een huis ernaast het schildersbedrijf van de familie Roorda.
Wij speelden veel met de jongens Jappie en Johannes.
Op de zolder van de werkplaats makten we toneeltjes van luciferdoosjes.
De vader schilderde en tekende niet onverdienstelijk.
Melle Feenstra was de schildersknecht en in zijn vrije tijd dirigent van de zangvereniging die in de kerk oefende.
Aan de andere kant op de hoek was een wagenmakerij gevestigd.
Verderop aan de linkerkant was het ‘Armenhuis’ geleid door ‘vader’ Keizer.
Aan het eind was een groep zwarte schuurtjes, braakhokken, van de vroegere vlasteelt, nu gebruikt voor het stallen van kleinvee, De Kamp genoemd.
Een prachtig speelterrein. Daarachter was een dubbel houten woonhuis waar o.a. de familie van Anke en Durkje, een zwakbegaafde tweeling, woonde.
Daarachter was de (openbare) voetbalclub.