In verband met dit alles wordt er een commissie van bijstand in het leven geroepen.
Op 17 juli wordt het afbraakmateriaal bij boelgoed verkocht.
Met de nieuwbouw gaat men voortvarend te werk, want in de notulen van 3 september 1929 komt reeds het verven van de nieuw gebouwde woning ter sprake.
Dit zal, nadat van de plaatselijke schilders er twee een briefje hebben ingeleverd, verzorgd worden door J. Roorda.
Voorganger Molenkamp is de eerste die de nieuwe 'pastorie' gaat bewonen.
Na hem zullen er nog twee volgen.
Maar na het vertrek van ds. Tieman wordt de pastorie verhuurd.
Het langst aan Joh. Norder.

Ten derde bevindt zich in eerder genoemd archief één kopie van een akte (Rep. Nr 559 A.R Nr.10.760,) gedateerd 7 mei 1973, waarin het bestuur van de evangelisatievereniging een besluit van de ledenvergadering van 17 februari 1971 uitvoert, namelijk het voor f 1 verkopen van de volgende bezittingen aan de kerkvoogdij van de N.H.Gemeente Tzummarum-Firdgum:
Het evangelisatiegebouw met erf en grond cum annexis, staande en gelegen nabij de Buorren te Tzummarum, kadastraal bekend gemeente Minnertsga, sectie C, nommer 2120, groot één are twee en negentig centiare. ....
Titels van aankomst:
Voormeld onroerend goed is door gemelde vereniging in eigendom verkregen voor zover afkomstig van:
a. oud-kadasternommer 1453 (19 oktober 1899), geregistreerd te Leeuwarden, (24 november 1899), deel 136, folio 103, versovak 4 enovergeschreven 5 december 1899, in deel 11 55, nommer 61 ,
b. oud-kadasternommer 1449 (21 juli 1915) .... te Sint Jacobiparochie .... overgeschreven23 juli 1915, in deel 1525, nommer 62, en
c. oud-kadasternommer 1988 (augustus r9z4).... te Harlingen, 1 oktober 1924, deel 67, folio 132, versovak 8, en overgeschreven 14 november 1924, in deel 1840, nommer 31.

Over dit evangelisatiegebouw het volgende: in eerste instantie was het waarschijnlijk dit gebouw dat o.a. ook gebruikt werd als bewaarschool.
Deze stond zoals eerder vermeld onder leiding van 'oude Hiske'.
Maar in 1913 wordt besloten de bewaarschool op te heffen, omdat er te weinig kinderen waren die gebruik maakten van deze gelegenheid.
De secretaris zoekt de noodgedwongen sluiting vooral in de tegenwerking van de dolerenden en de plaatselijke dokter.
In het jaarverslag over 1927 wordt gemeld dat tijdens de jaarvergadering van 1923 besloten is tot 'uitbouw' van het lokaal, omdat in die tijd het evangelisatiegebouw te weinig plaatsen bevatte voor al de bezoekers.

Ook staat in dat verslag over 1927 de volgende mededeling.
De uitbouw besprekende werd besloten het werk te gunnen aan H.Meijer voor f 2375 die voor bijwerk een rekening indiende van f 23,53, zoodat de totaalsom was f 2606,53.
Een aanbod om banken te plaatsen uit de Ned. Herv. Kerk tegen een billijken prijs werd ook nog aanvaard.
In 1924 is een bazar gehouden ten bate der verbouw en extra gecollecteerd door belangstellenden.
Uit het voordelig saldo kon de leerkamer worden opgeknapt en een regenwaterbak worden geplaatst.
Het lokaal kende dus ook een 'leerkamer'.
Mogelijk was deze bedoeld voor de catechisaties?
Maar na de genoemde verbouwing begint het jaar 1926 echter 'met een binnenbrandje in de leerkamer wat gelukkig door rappe handen tot een kleine brand en waterschade beperkt bleef.'
Het evangelisatiegebouw is verder uitgerust met een orgel.
Wanneer dit in 1939 schoongemaakt moet worden besluit het bestuur een orgelfonds in het leven te roepen.

De stand van het lokaal wordt ook niet als erg gelukkig beschouwd.
Het is namelijk slechts via een steeg bereikbaar en valt vanaf de Buorren niet erg op.
Daarom besluit het bestuur om bij de ingang van de steeg een bord te plaatsen die naar het lokaal verwijst, zodat mensen het beter kunnen vinden.
Ook worden er in 1939 haken aan de muur aangebracht zodat de hoeden en petten opgehangen kunnen worden.
Een waterplaats met privaat (w c ) komt er pas in 1946 en zes jaar later ook nog een hokje voor de brandstof.
Uit de notulen van de jaarvergadering gehouden op 18 februari 1957 blijkt dat er nog plannen bestaan om te komen tot een nieuw lokaal.
Maar hiertoe is geen kans in verband met de zogenaamde 'bestedingsbeperking' die toen gold.
Daarom wordt in 1958 besloten tot verbetering van het lokaal, Kostenraming: voor de timmerman ± f 1715, de schilder ± f 1840, kachels ± f 7700, gehoorapparaat ± f 500 en men wil ook graag nog 45 stoelen kopen.
Maar pas sinds 13 februari 1961 is er waterleiding, waarbij 'het vuile water de grond wordt ingejaagd'
Regelmatig wordt in de aantekeningen melding gemaakt van kleine of grote reparaties aan het gebouw en de ambtswoning.
Dat leidt vaak tot financiële zorgen voor het bestuur.
In 1940 wordt er zelfs een beroep op de eigen verenigingen gedaan om het tekort weg te werken.
Ook klinkt dan de volgende waag binnen het bestuur: kan de vrouwenvereniging ook ten bate van de evangelisatie werken zoals dat gebeurt bij de Gereformeerden?
En inderdaad krijgt in 1952 de evangelisatievereniging f 600 van de vrouwenvereniging én de gordijnen voor het kleine lokaal.
Gelukkig zijn er ook andere, veelal plaatselijke verenigingen die door de week ook dankbaar gebruik maken van 'het lokaal'.
Zo vergadert de CH (de Christelijk Historischen, later CHU) reeds in 1928 in het gebouw, getuige de volgende opmerking in de notulen van29 oktober 1928.

Hiermede nog bezig zijnde verliep deze vergadering doordat andere broeders binnenkwamen tot het houden eener vergadering der Chr. Hist KiesVer. Die om ongeveer half acht werd geopend.

Dat deze politieke partij in het lokaal bijeenkomt en de bezoekers van de bijeenkomst broeders genoemd worden, behoeft ons niet te bevreemden, want 'In de Evangelisatie is men traditioneel CHU.
Op de jaarvergadering van 15 januari 1936 wordt echter in verband hiermee gewaagd waarom dit de CDU niet wordt toegestaan?
De vragensteller neemt onder protest genoegen met het antwoord dat het gebouw niet voor de CDU beschikbaar wordt gesteld.
Het Groene Kruis is echter wel welkom.

Sommigen moeten voor het gebruik van het gebouw betalen.
Zo huurt o.a. de chr. Landarbeidersbond het lokaal en wel voor f 7,50 per keer.
Maar wanneer er een lage opkomst is, kan dat niet uit voor de bond.
Dan is een lagere huurprijs ook bespreekbaar.
Het C.N.V. gebruikt verder het lokaal tegen een huur van f 2,50 per keer voor een cursus en de vrouwenbond betaalt per samenkomst f 7,50.
Een belangrijke klant is in 1959 de plaatselijke openbare Lagere school die het lokaal gebruikt als leslokaal.
Later wordt ook nog ‘het kleine lokaal (=de kleine zaal) verhuurd aan de Leeszaal en Bibliotheek van Franeker voor uitgifte van boeken.
En dat tegen een huurprijs van f 5 per week.
Ook wordt het gebouw opengesteld voor bruiloften, maar dan wel alleen voor die van leden.
Daarentegen krijgt het muziekkorps in 1942 toestemming zonder betaling gebruik te maken van het lokaal.
In de school is er voor hen blijkbaar geen plaats meer.
Op 7 mei 1973 is het gebouw, dat minstens 65 jaar als evangelisatielokaal van de evangelisatievereniging "Het Mosterdzaadje" heeft gediend, dus overgegaan in handen van de kerkvoogdij der plaatselijke Hervomde gemeente.
Op dit moment wordt het door de Christelijke muziekvereniging 'De Bazuin' gebruikt als oefenlokaal.
Het enige wat ons nog herinnert aan het evangelisatielokaal is een bord.
Dit bord is door de huidige eigenaar boven de ingang van de steeg, welke naar het voormalige lokaal leidt, aangebracht en heeft deze, historisch gevoelige, tekst: