LEVEN EN WERKEN AAN DE ZEEDIJK 9-9-1999

De Sédykbewenners.
Een stukje verleden en heden, met een gedeelte uit het stappersverhaal van Hylke Speerstra 1996.
Daar is de zon! Op de zeedijk bij Koehool boven Tzummarum.
Ik zie ineens de zee blauwer en het gras groener, de schapen grazen op de zeedijk.

Een eindje van mij af " knoffelt " Dirk Bouma de laatste wadvisser van Koehool.
Dirk gaat in zee, niet langer vist hij om er z'n brood mee te verdienen hij vangt allang van de aow maar Dirk houdt niet van veranderingen.
Maar of hij wil of niet alles is in beweging en het Wad verandert bij elke tij en dat zal altijd zo blijven.
Dirk is onwennig van alles wat voorbij is van de haringen die nooit weer terug komen, nadat de Afsluitdijk er was gekomen.
Ook de Ansjovis vangst liep sterk terug met de komst van de afsluitdijk.
Onwennig van de Bildste uitspraak, van z'n volk en de goed honderd huisjes die tussen Tzummarum en Harlingen opgeofferd werden aan de ophoging van de zeedijk.

Nu anno 1996 is Koehool vandaag de dag een klein streekje huizen, en is in dit zelfde verhaal Jan Reitsma trots op dit streekje.
De laatste tijd komen de kinderen en de kleinkinderen van de oude Sédyksters in de dijkhuisjes terug, waar een aantaljaren terug nog veel vakantiehuizen waren zijn nu weer vaste bewoners.
Er kwamen en komen ook mensen uit Spakenburg, Amsterdam , enz . maar die sluiten zich hier goed bij ons aan.
Tot zo ver het stukje uit het stappers verhaal .

Het leven vandaag de dag is totaal anders dan dat van vroeger.
Vroeger woonden en werkten de mensen aan de dijk, men leefde van de visserij en in de zomer arbeider bij de boer of men was bij het onderhoud van de dijk.
Men vormde een aparte gemeenschap en voor de kinderen was het heel gewoon om een eind te lopen naar school of naar de kerk en thuis de handen uit de mouwen te steken, veel gezinnen hadden zelf wat schapen of koeien.
Vandaag de dag hebben we allemaal werk elders en lopen naar school hoeven de kinderen ook niet meer.
Wel hebben een aantal nog schapen en een tuin, maar nu als vrijetijdsbesteding, een woord dat men vroeger niet kende.

Inmiddels is Dirk Bouma overleden, het was een vertrouwd beeld op de Sédyk, Dirk op z'n fiets naar het dorp met het houten bakje achterop, Auke Bonnema met z'n hondje een helpende hand voor iedereen en Doris Mebius heeft heel wat ritjes gemaakt in z'n driewieler.
We missen hen aan de dijk, de verhalen van vroeger en hun behulpzaamheid, voor hen vanzelfsprekend maar wij weten allemaal dat dit tegenwoordig niet meer zo vanzelfsprekend is.
Maar toch hebben wij hier op de zeedijk in deze gejaagde wereld rust en aandacht voor elkaar.
Het is een fijne plek om te wonen.
En we hopen ook in de volgende eeuw nog veel aan elkaar te hebben.

Hoarnestreek
Hoe deze weg aan zijn naam is gekomen is duidelijk.
Hij loopt langs verschillende "hornen".
Dit betekent " hier kleine gehuchten", Horn of Horne betekent hoek en de Friese naam hiervoor is "Hoarne".
De meeste bewoners welke aan de Hornestreek te Tzummarum wonen zijn werkzaam in de landbouw t.w akkerbouw en intensieve veehouderij en heeft derhalve het werk aan huis.
Daarnaast zijn er nog een aantal bewoners die er wonen vanwege de rust en de ruimte.
De streek heeft zich de laatste jaren flink verjongd, veelal omdat zich een nieuwe generatie aandiende die het roer overnam.
De centrale plaats op dit stukje Hoarnestreek is " De Kampioen", dat is ook de plek waar de schoolgaande jeugd zich doorgaans verzamelt om daarna samen naar school in Tzummarum te fietsen.
De jongsten worden bij toerbeurt per auto van en naar school gebracht.
Al met al een heel verschil met vroeger toen men moest lopen naar en van school.
Namens alle bewoners van de Hoarnestreek en de Zeedijk,

Maríjke Wassenaar
Ynkie Reitsma