In Memoriam Jan Hiemstra

22 februari 1932 – 4 februari 2011

Jan werd geboren als tweede kind van Age en Janke Hiemstra-Meijer en broer van Aaltje.
Age en Janke hadden op Buorren 65 een winkel waar allerlei huishoudelijke artikelen werden verkocht.
Toen Jan nog geen 2 jaar was kwam zijn vader al op 33 jarige leeftijd te overlijden.
Het was economisch gezien geen beste tijd, ook wel genoemd de crisis in de jaren dertig, daar kwam de 2e wereldoorlog 1940- 1945 nog achteraan.
De laatste oorlogsjaren waren voor de schoolgaande kinderen wegens gebrek aan brandstoffen voor de kachels en na de oorlog de internering van Duits gezinde personen in de openbare lagere school zeker niet ideaal.
Jan wilde eigenlijk naar de ambachtschool in Harlingen, want het was zijn wens timmerman te worden.
Toen hij na de oorlog voor zijn moeder regelmatig met een transportfiets naar Franeker moest om bij leveranciers huishoudelijke artikelen te gaan halen is hij onbewust in de handel terecht gekomen.
Onderweg vanuit Franeker naar huis stonden de huisvrouwen hem in Dongjum al op te wachten om artikelen te kopen die ze nodig hadden.
Door vijf jaar oorlog was er gebrek aan van alles ontstaan.
Dus werd er besloten niet naar de ambachtschool te gaan, maar te gaan venten met huishoudelijke artikelen langs de deuren.
In de eerste jaren met een kar achter de fiets en later met omke Bavius Span samen in de auto.
Er werd een legertruck gekocht die geschikt werd gemaakt voor het venten in en rond de dorpen in Noordwest Friesland.
Wel is Jan weer een aantal jaren naar school gegaan, maar dan na het werk ‘s avonds op de fiets naar de Handelsavondschool in de Mulo op de Zuiderkade in Franeker.
Hier haalde hij zijn diploma’s op het gebied van handelskennis en kon hierdoor zelfstandig ondernemer gaan worden.
Later in de vijftiger jaren werden er veel nieuwe huurwoningen gebouwd die uiteraard moesten worden ingericht.
De woninginrichting werd naast het venten ook een bron van inkomen.
Op 6 november 1957 trouwde Jan met Atje Elisabeth Sijtsma en ze gingen wonen in de Evert Sybesmastrjitte in Tzummarum.
Zijn zuster Aaltje was ondertussen getrouwd met Gerrit de Lange en woonde in de zelfde straat.
Zwager Gerrit was ook in het bedrijf komen werken.
Er kwam in de vijftiger jaren iets nieuws op de markt en wel de plasticfolie.
Dit product bood veel perspectief en met behulp van thuiswerkers werden in opdracht allerlei artikelen gemaakt.
Er moest al vrij snel meer ruimte komen voor alle activiteiten en er werd besloten de oude pastorie Buorren 91, waar nu de Supermarkt Bonsma is gevestigd, te gaan kopen.
Kapper Van der Sluis die het pand huurde ging naar Buorren 65 en de Hiemstra’s verbouwden het pand tot winkelruimte op de begane grond en woonruimte op de verdieping.
Daarnaast werd het perceel Buorren 97 omgebouwd tot een fabricageruimte van plasticartikelen, zoals schoolétuis, douchegordijnen, plastic- broekjes en de hoela- hoep etc.
De handel liep goed en al vrij snel was deze productieruimte ook weer te klein.
Er werd overleg gepleegd met het gemeentebestuur van Barradeel en men werd in de gelegenheid gesteld een kavel grond te gaan kopen aan de Sinaedawei.
Op deze grond werd in 1960 de eerste loods met een kantoor gebouwd.
Hiemstra en De Lange gingen verder onder de naam N P I, de afkorting van Nederlandse Plastic Industrie.
De folieverwerkende productie kwam goed op gang en de eerste medewerkers werden aangetrokken.
Er kwamen grote opdrachtgevers zoals Draka en het Ministerie van Defensie.
Het werd een gespecialiseerd las- en handelsbedrijf in plasticfolies voor land- en tuinbouw en ook de fabricage van zwembadfolie.
Het werkterrein werd steeds verder uitgebreid in Nederland en later ver daar buiten.
Het ging allemaal crescendo.

Na een zakelijk geschil zijn de zwagers Hiemstra en De Lange uit elkaar gegaan.
De Lange is elders verder gegaan met een folieverwerkend bedrijf.
De commissarissen van de nv. Nederlandse Plastic Industrie besloten verder te gaan met een éénhoofdige directie in de persoon van Jan Hiemstra.
Het bedrijf ontwikkelde zich goed en breidde zich regelmatig uit door het aantrekken van nieuwe activiteiten en de bouw van nieuwe loodsen.
Recentelijk is er nog een grote opslagloods gebouwd op het bedrijventerrein aan de Swaerderwei in Tzummarum.
Het feit dat het goed gaat met het bedrijf en dat het ook na zijn pensionering gevestigd is gebleven in Tzummarum deed hem goed.
Zo nu en dan keek hij op de website van de N P I en vertelde dan met gepaste trots dat ze nu over de gehele wereld werkzaam zijn.
Het bedrijf is al jaren één van de grootste werkgevers van Tzummarum.

Als jongetje was Jan al lid geworden van de plaatselijke muziekvereniging Crescendo en hij is dat meer dan 45 jaar geweest.
De belangstelling voor muziek is heel zijn verdere leven gebleven.
In 1967 besloot het gezin Jan en Atje, uitgebreid met ondertussen 5 kinderen, om te zien naar grotere woonruimte.
Besloten werd een grote kavel grond van de oorspronkelijke pastorietuin aan de Buorren te gaan kopen en daar een huis op te gaan bouwen.
De kavel was oorspronkelijk bedoeld voor de bouw van twee woningen, maar ze kregen het voor elkaar hierop één woning te krijgen.
Het casco van de woning werd door een aannemer gebouwd en is verder in eigen beheer afgemaakt.
Later is er door de Hiemstra’s een forse garageberging bij gebouwd.
Maatschappelijk heeft Jan in de dorpsgemeenschap ook zijn steentje bij gedragen.
Hij is bestuurslid geweest van de plaatselijke muziekvereniging Crescendo.
Voorzitter van de ouderraad van de openbare M.J. Tamsmaskoalle.
Voorzitter van de vereniging Dorpsbelang Tzummarum- Firdgum.
Bestuurslid van de buurtvereniging Buorren- oost en bestuurslid van de regionale K M P T.
Dit laatste was ook niet vreemd omdat hij een grote liefde had voor planten en heesters in zijn tuin.
Hij bouwde zelf een plantenkas naast de garage waarin hij in de vrije tijd uren bezig kon zijn.
Zijn jongenswens om timmerman te worden is gedurende zijn leven ook gerealiseerd.
Achter de garage heeft hij met behulp van zijn zonen een complete werkplaats aangebouwd.
Hij is tot kort voor zijn overlijden nog bezig geweest met timmerwerkzaamheden.
Het overlijden van zijn vrouw Atje, de laatste jaren opgenomen in de Batting te Harlingen, op 1 december 2010 betekende voor hem dat hij een belangrijke taak haar zeer regelmatig te bezoeken had volbracht.
De laatste maand van zijn leven begon de sluimerende ziekte in zijn lichaam weer op te spelen.
Hij wilde geen operatie of medische behandeling meer ondergaan in het ziekenhuis en is thuis gekomen om te sterven op de plek die hij lief had.
Waar hij was geboren en opgegroeid.
Waar hij altijd heeft gewoond en gewerkt.
Waar hij lief en leed had meegemaakt.

Tzummarum, 15 februari 2011.
LSH